Rituaal voor de graad van Soeverein Prins van het Rozekruis



Inrichting van de Tempels

De Duistere Tempel
Deze ruimte is geheel met zwart bekleed. In het midden ligt een Tableau, met daarop een kruis, zonder roos; de voet van het kruis wijst naar het Oosten. Om het Tableau zijn de Lichten Waarheid, Kracht en Schoonheid geplaatst.
Bij de tafel van de Voorzittend Meester staat het ridderzwaard; op de tafel ligt de constitutiebrief van het Kapittel en een acaciatak.
De Tempel wordt zo donker mogelijk gehouden. In het Oosten moet een transparant zijn waarop de letters G, H en L en INRI en een kruis zichtbaar gemaakt kunnen worden.
De Rode Tempel
Deze is geheel met rood bekleed en zo licht mogelijk verlicht. In het midden ligt het Tableau, met daarop een kruis met roos; de voet van het kruis wijst naar het Westen. Aan de voet van het kruis zijn een Pelikaan en een Phoenix geplaatst. Om het Tableau zijn drie Lichten geplaatst.

Opening
In de Duistere Tempel

Het Kapittel wordt, nadat nagegaan is of het Kapittel behoorlijk gedekt is, geopend met de vraag van de Meester aan de 1e Opziener of hij Souverein Prins van het Rozekruis is. Het antwoord daarop is dat de Roos aan het Kruis de 1e Opziener bekend is. De leeftijd van de Prins is 33 jaren, de leeftijd van dieper inzicht en hoger menselijkheid.
De 1e Opziener stelt dat wij in een moeilijke tijd leven, waarin het licht dreigt overwonnen te worden door de duisternis en waarin het Woord steeds weer verloren dreigt te gaan.
De 2e Opziener geeft als levenstaak op de poging het leven te verwerkelijken in de Opperbouwmeester des Heelals. Hij wil het Woord behouden, ook waar het met vernietiging en verduistering wordt bedreigd. Hij wil, door Geloof, Hoop en Liefde, met hoofd en hart en hand de geest van de Opperbouwmeester des Heelals uitdragen als liefde van mens tot mens.
Daarop worden de kandidaten binnengeleid.

Verlenen van de Tussengraden

De Meester geeft aan dat, teneinde te blijven voldoen aan de regels voor onderlinge erkenning van Grootmachten elders in de wereld, de kandidaten bekend dienen te worden gemaakt met de Tussengraden, die hen nu bij communicatie zullen worden verleend.
In opdracht van het Hoofdkapittel en uit hoofde van de macht, hem door het Kapittel toevertrouwd verleent hij de graden van:
Geheim Meester - 4e graad;
Volmaakt Meester - 5e graad;
Geheimschrijver - 6e graad;
Provoost en Rechter - 7e graad;
Intendant der Gebouwen - 8e graad;
Uitverkorene der Negen - 9e graad;
Uitverkorene der Vijftien - 10e graad;
Verheven Uitverkorene - 11e graad;
Grootmeester Architect - 12e graad;
Ridder van het Koninklijk Gewelf - 13e graad;
Volmaakt Uitverkoren Groot Schot - 14e graad;
Ridder van de Degen en van het Oosten - 15e graad;
Prins van Jeruzalem - 16e graad;
Ridder van het Oosten en van het Westen - 17e graad.
Daarop worden de kandidaten bekend gemaakt met Woorden, Teken en Aanraking van deze laatste graad. Het Teken wordt gemaakt door zich tegenover elkaar op te stellen; de één kijkt over de rechterschouder, de ander over de linkerschouder en na een kort ogenblik elkaar aan te kijken. De Aanraking en de Woorden worden gecombineerd gegeven. De Broeders stellen zich tegenover elkaar op, de ene legt zijn linkerhand op de linkerschouder van de ander, zeggende Abàddon. De andere Broeder legt zijn rechterhand op de rechterschouder van de eerste en zegt Jehàbulon. Op deze wijze worden de armen geplaatst in de vorm van het zogenaamde Andries-kruis.
Het woord Abàddon verwijst naar de wereld als oord van verderf, Jehàbulon betekent 'De Heer is onze Bevrijder'.
Hierop worden de kandidaten uit de Tempel geleid om hen even later weer binnen te laten komen als Ridder van het Oosten en van het Westen.
De Meester spreekt de kandidaten toe dat hun aanwezigheid het bewijs is dat zij na hun verheffing niet zijn blijven stilstaan in hun geestelijke ontwikkeling. De geest van de Opperbouwmeester des Heelals is in de kandidaten tot leven gewekt en zo opende zich een weg naar hoger ontwikkeling, naar innerlijke vervolmaking. Bij deze ontwikkeling worden de kandidaten gesteund door het Nieuwe Meesterwoord, maar het besef drong zich langzamerhand op dat het Oude Meesterwoord, dat met het neerslaan van Hiram Abiff verloren is gegaan niet verloren was gegaan, maar dat er in de duisternis een weg openblijft die naar het Verloren Woord, het geheim van de onuitsprekelijke Naam zal voeren.
De Meester stelt vast dat door hun aanwezigheid hier de kandidaten het verlangen hebben om door te zoeken naar het Meesterwoord, dat hen zal leren het Goddelijke in zichzelf tot volkomen ontwikkeling te brengen. Hij belooft dat de kandidaat de weg gewezen zal worden. Daarbij zal de kandidaat drie dagen en drie nachten moeten doorbrengen op drie symbolische reizen. Op die reizen is het de taak van de kandidaten om het Woord te zoeken.
In het Oosten worden de Lichten Geloof, Hoop en Liefde ontstoken.
Tijdens de eerste reis rond de tempel zegt de 2e Opziener: Onze laatste en hoogste wijsheid is ons vast vertrouwen in de Wijsheid van de Opperbouwmeester des Heelals, dat is ons Geloof.
Na deze eerste reis is het Verloren Woord nog niet gevonden. Hierop wordt de tweede reis ondernomen. 1e Opziener: Onze laatste en hoogste kracht is het vaste vertrouwen in de Kracht van de Opperbouwmeester des Heelals, dat is onze Hoop. Ook bij deze reis wordt het Woord niet teruggevonden.
Tijdens de derde reis zegt de Meester: Onze laatste en hoogste schoonheid is te leven in de Schoonheid van de Opperbouwmeester des Heelals, die is de alomvattende schoonheid der Liefde.
Nadat ook de derde reis is volbracht stelt de Geleider vast dat de kandidaten de betekenis van de nieuwe lichten die hen tot het Woord zullen voeren hebben ontdekt, maar dat zij het Woord zelf nog niet hebben gevonden.
Op de vraag van de Meester hoe zij dit alsnog zullen kunnen bereiken is het antwoord: Door het Kruis te aanvaarden. Daarop wordt aan elk van de kandidaten gevraagd of zij hiertoe bereid zijn. Nadat de kandidaten bevestigend hebben geantwoord wordt het Kruis in de driehoek verlicht. De kandidaten worden tot voor de Troon geleid, waar zij hun gelofte moeten afleggen:
"Ik hernieuw de beloften in de vorige graden gedaan;
ik beloof steeds het belang der Symbolieke Graden te zullen bevorderen,
met al mijn kracht te zullen medewerken aan het doel der Hoge Graden.
Ik beloof door mijn woorden en daden de mensen te zullen doordringen met de geest van broederschap, met de liefde van mens tot mens.
Ik aanvaard het Kruis."
De Meester geeft elk van de kandidaten de ridderslag en verheft hen vervolgens met de greep van Souverein Prins van het Rozekruis. Hij deelt hen het Paswoord in deze graad, Emmanuel, mee en geeft aan dat de leeftijd in deze graad 33 jaren is. Het Teken van de Goede Herder, dat gemaakt wordt bij het 'In Orde' staan, wordt gemaakt door de armen over de borst te kruisen, de linker over de rechter, het hoofd naar links gebogen.
Hierna volgt een korte uitweiding van de Redenaar over (christelijke) liefde, besloten door de woorden van de Meester: Dan zullen wij zijn vernieuwd, herboren, dan is aan ons de spreuk bewaarheid: 'Igne Nature Renovatur Integra', 'wij worden vernieuwd door het vuur der Liefde', de spreuk waarvan de beginletters INRI, het Woord, òns Woord, vormen.
De Meester vervolgt dat dit woord uitsluitend een symbolische betekenis heeft, dat dit een symbool is van de geest, van de Opperbouwmeester des Heelals, zals die geest zich aan de mens openbaart. Wanneer dit symbool door de mens wordt opgenomen krijgen de eerste woorden uit het Johannesevangelie een nieuwe betekenis:
'In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Alle dingen zijn door hetzelve gemaakt en zonder hetzelve is niet één ding gemaakt, dat geworden is. In hetzelve was het Leven, en het Leven was het Licht der mensen. En het Licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet overmocht.'
Hierop geeft de Meester aan dat er nog meer betekenissen zijn van het Woord INRI: INRI staat ook voor 'In Nobis Regnat Ille': in ons heerst Hij, verwijzend naar de Goddelijke Liefde in elk mens en ook voor 'Iezus Nazarenus Rex Iudaeorum', de tekst op het Kruis van Jezus Christus, die bereid was uit Liefde tot de mens de kruisdood te ondergaan.
Dan gaat de Geleider, gevolgd door de Meester met de nieuw aangenomen Prinsen en de beide Opzieners in een kruisgang rond het Tableau. De Geleider draagt een acaciatak.
Tijdens deze rondgang zegt de Meester: Broeders, uw Kruisweg is begonnen. Gij weet dat dit een reis is van smart, want gij hebt het Kruis op u genomen; beseft gij ook wat dit betekent?
Hoe zal het u te moede worden als de Schoonheid verloren gaat (de Geleider dooft hier de kaars Schoonheid) als de Kracht u ontzinkt (de kaars Kracht wordt gedoofd) als de Wijsheid zich niet meer openbaart (Wijsheid wordt nu ook uitgeblazen). Ge ziet uw Broeders u verlaten. Hoe zult gij thans uw weg vinden?
De Meester gaat voort met een verhandeling over de beproevingen die de nieuwe Ridders nog te wachten zal staan, maar met het Geloof in de overwinning, de blijde Hoop in het hart op het pad der offerende Liefde wacht aan het einde van dat pad het Licht. "De weg van het Kruis is de weg naar het Licht".
Hierop gaan allen naar de Rode Tempel.


In de Rode Tempel

De Meester plaatst de nieuw aangenomen Prinsen voor het Kruis met de Roos: Via Crucis, via Lucis; de weg van het Kruis is de weg naar het Licht. De Prinsen worden attent gemaakt op het Kruis en hoe daaraan in al haar jeugd en frisheid de Roos ontbloeit. Dit is het Kruis voor degene die zijn leven richt naar het Meesterwoord. De enige weg die daartoe kan leiden is de weg van de alles opofferende Liefde. Door deze Liefde alleen kan het Meesterwoord worden gevonden. Voor degene die het Kruis vrijwillig aanvaardt wordt het offer een weelde. Als het besef bij de Prinsen is doorgedrongen dat het heilige vuur van de Liefde niet kan worden uitgeblust zal het Kruis met de Roos nimmer een last zijn, maar altijd een heerlijke steun.
In dat geval zullen de heilige stralen van Geloof, Hoop en Liefde het pad verlichten; het Geloof zal leiden, de Hoop sterken en de Liefde zich openbaren.
De Prinsen worden hierop in de kolommen geplaatst, waarna een kort muzikaal bouwstuk volgt. Als dit is afgelopen verzamelen alle Prinsen zich om het Tableau, waarna de Redenaar een uitleg geeft over de symbolen.
De inwijding wordt afgesloten met een gezamenlijk Broedermaal.


home