Orde van Vrijmetselaren onder het Grootoosten der Nederlanden

Ordewet over de toelating tot het bijwonen van maçonnieke bijeenkomsten van hen, die zich van de Orde hebben afgescheiden, of uit het Ordelidmaatschap zijn ontzet.

 



Art. 1.
1. Hij, die zich van de Orde heeft afgescheiden zonder tot een andere regelmatige Grootmacht of loge toe te treden, heeft geen recht op toelating tot het bijwonen van maçonnieke bijeenkomsten.
2. Hem kan, in ieder afzonderlijk geval, door de voorzitter van de bijeenkomst, tot welke de toelating wordt verzocht, het bijwonen worden toegestaan.

Art. 2. 
De toelating wordt geweigerd, indien de afscheiding van de Orde heeft plaats gehad, nadat een onderzoek, als bedoeld in art. 50 der Ordegrondwet, is begonnen, of indien de verzoeker, overeenkomstig artikel 53 O.G.W. uit het ordelidmaatschap is ontzet.


terug naar vorige pagina