Het lidmaatschap eindigt door:
a. overlijden,
b. overschrijving naar een andere Loge,
c. het verlies van het lidmaatschap van de Orde als omschreven in de statuten der Orde.
d. opzegging van het lidmaatschap door een lid met ingang van het eerstvolgende werkjaar.
 
artikel 5

1. Het bestuur van de Loge kan besluiten een lid van een andere, onder de Orde ressorterende Loge of van een Loge ressorterende onder een door de Orde erkende buitenlandse Grootmacht, toe te laten als buitengewoon lid. In het laatste geval is, alvorens het voorstel in behandeling mag worden genomen, een schriftelijke verklaring van geen bezwaar vereist van de Grootsecretaris der Orde.
2. Buitengewone leden hebben geen stemrecht en zijn niet bevoegd tot het vervullen van bestuursfuncties.
3. Het bedrag der jaarlijkse bijdrage door buitengewone eden verschuldigd, wordt door de algemene vergadering vastgesteld; voor deze eden is geen afdracht aan de Orde verschuldigd.
4. Het buitengewoon lidmaatschap eindigt door:
a. overlijden,
b. het bedanken voor het buitengewoon lidmaatschap door schriftelijke mededeling aan het bestuur van de Loge, dan wel door mondelinge mededeling in een algemene vergadering van de Loge,
c. het verwerven van het gewone lidmaatschap van de Loge,
d. het verlies van het lidmaatschap der Orde, dan wel van de kwalificatie als lid van een door de Orde erkende buitenlandse Grootmacht.
 
artikel 6
 
1. In een algemene vergadering en met algemene stemmen kan de Loge besluiten een lid of gewezen lid van de Loge, die zich jegens de Loge bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt, te benoemen tot ere-lid; hij verkrijgt daardoor de titel van Meester van Eer.
2. Ere-leden, naar gebruiken der Orde Meester-van-Eer genoemd, hebben alle rechten van een gewoon lid der Loge. Zolang zij bij de Loge tevens als lid zijn ingeschreven is voor hen de vastgestelde afdracht aan de Orde verschuldigd; zij zijn geen jaarlijkse bijdrage verschuldigd aan de Loge.
3. Zij kunnen worden uitgenodigd tot het bijwonen van een vergadering van het bestuur der Loge en hebben alsdan een adviserende stem.
4. Het ere-lidmaatschap eindigt door:
a. overlijden,
b. het verlies van het lidmaatschap der Orde.
 
algemene vergadering
artikel 7
 
1.De algemene vergadering bestaat uit de leden van de Loge. Aan de algemene vergadering komen alle bevoegdheden toe, welke niet door de wet of deze statuten aan andere organen zijn opgedragen.
2. Een algemene vergadering wordt zo dikwijls bijeengeroepen als het bestuur van de Loge noodzakelijk acht, doch tenminste éénmaal per jaar. Binnen zes maanden na af loop van elk verengingsjaar wordt een algemene vergadering gehouden, hierna te noemen de jaarvergadering.
3. In de jaarvergadering brengt het bestuur van de Loge zijn jaarverslag uit en legt rekening en verantwoording af van zijn beleid onder overlegging van de nodige bescheiden. Het bestuur is verplicht tijdig bij de aanvang van elk verenigingsjaar een begroting voor het komende jaar ter goedkeuring aan de algemene vergadering voor te leggen.
4. Indien tenminste zeven leden een daartoe strekkend verzoek schriftelijk bij het bestuur van de Loge indienen, zal het bestuur binnen veertien dagen na ontvangst van het verzoek en op een termijn van ten hoogste vier weken een buitengewone algemene vergadering bijeenroepen. Indien aan het verzoek binnen de vorenbedoelde veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekende leden zelf na afboop van die termijn overgaan op de wijze, waarop het bestuur een algemene vergadering bijeen roept; op deze vergadering zal een voorzitter en een secretaris voor en door de vergadering worden aangewezen.
5. In een algemene vergadering, te houden vóór 15 juni van het verenigingsjaar, worden de jaarlijkse verkiezingen gehouden van de bestuursleden volgens een door de secretaris bij te houden register.
 
artikel 8
 
De algemene vergadering wordt door het bestuur schriftelijk bijeengeroepen op een termijn van tenminste veertien dagen.
2. De oproeping vermeldt de dag, plaats en tijd, alsmede de onderwerpen welke ter vergadering behandeld zullen worden.
3. In de algemene vergadering brengt ieder aanwezig lid één stem uit.
4. De voorzitter, naar de gebruiken van de Orde Voorzittend-meester genoemd, bepaalt de wijze van stemming, met dien verstande dat over zakelijke aangelegenheden met handopsteken kan worden volstaan, terwijl stemmingen over personen worden gehouden middels gesloten stembriefjes. Het aannemen van voorstellen bij acclamatie is mogelijk, mits dit geschiedt op voorstel van de voorzittend-meester en geen der leden zich daartegen verzet.
5. Tenzij de statuten anders bepalen worden besluiten genomen met een gewone meerderheid van stemmen.
Indien bij een stemming over een zakelijke aangelegenheid de stemmen staken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Indien bij een stemming over personen geen der kandidaten de meerderheid van stemmen heeft behaald, vindt een tweede stemming plaats tussen de twee personen die het grootste aantal der uitgebrachte stemmen op zich hebben verenigd. Indien bij de tweede stemming de stemmen staken beslist het lot.
6. De algemene vergadering wijst de afgevaardigden aan naar het Grootoosten en beraadt zich, met inachtneming van de regels gesteld bij de statuten en wetten der Orde, omtrent de aldaar volgens de beschrijvingsbrief in behandeling komende aangelegenheden.
 
artikel 9
 
1. De algemene vergadering wordt geleid door de voorzittend-meester of door diens plaatsvervanger, naar de gebruiken der Orde gedeputeerd-meester genoemd.
Bij ontstentenis van de voorzittend-meester en de gedeputeerd-meester, treedt één der andere leden van het bestuur, in de bij reglement te bepalen volgorde, op als voorzitter.
Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de algemene vergadering daarin zelve.
2. Van het verhandelde worden door de secretaris, of onder diens verantwoordelijkheid door een ander lid van de Loge, notulen gemaakt, die na voorlezing in dezelfde of een volgende algemene vergadering door de vergadering worden vastgesteld en ten blijke daarvan door de voorzitter en de secretaris worden getekend.
 
de meestervergadering
artikel 10
 
1. De meestervergadering bestaat uit de eden van de Loge die de graad van meester-vrijmetselaar bezitten.
2. De meestervergadering besluit tot formele aanneming van kandidaten alsmede over alles wat betrekking heeft op de bevordering tot de graad van gezel­vrijmetselaar en de verheffing tot meester-vrijmetselaar.
3. De meestervergadering is bevoegd te besluiten een logelid aan het hoofdbestuur voor te dragen voor opzegging van het lidmaatschap der Orde indien dit lid in gebreke is gebleven aan zijn financiële verplichtingen tegenover de Loge en/of de Orde te voldoen. Een zodanig besluit dient te worden genomen in een opzettelijk daartoe belegde meestervergadering met tenminste drie-vierde van het aantal uitgebrachte geldige stemmen.
4. Ten aanzien van de meestervergadering zijn artikel 8 lid 1,9,3 en 5 en artikel 9 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande, dat de voorzittend-meester in spoedgevallen de termijn van veertien dagen kan inkorten.
 
bestuur
artikel 11
 
1. Het bestuur van de Loge bestaat uit ten hoogste negen leden, die voor een periode van twee jaren in functie worden verkozen door de algemene vergadering.
2. De voorzittend-meester, de secretaris en de secretaris, naar de gebruiken der Orde thesaurier genoemd vormen tezamen het dagelijks bestuur. Na ommekomst van hun zittingsperiode is de voorzittend-meester terstond éénmaal en de secretaris en de thesaurier terstond tweemaal herkiesbaar ongeacht een tussentijdse verkiezing, welke niet meetelt.
De overige leden van het bestuur zijn na ommekomst van hun zittingsperiode niet terstond herkiesbaar, tenzij zij zouden worden gekozen tot voorzittend-meester, secretaris of thesaurier.
3. Volgens een door de secretaris bij te houden register treden jaarlijks conform het reglement tenminste drie bestuursleden af.
4. Het bij tussentijdse vacature gekozen bestuurslid treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens vacature werd voorzien, regelmatig zou zijn afgetreden. In dat geval is een bestuurslid terstond voor een volgende periode herkiesbaar.
5. De algemene vergadering kan een lid van het bestuur schorsen of ontslaan. Voor een daartoe strekkend besluit is een meerderheid vereist van tenminste drie-vierde der uitgebrachte geldige stemmen.
6. De algemene vergadering kan een lid van het bestuur in afwijking van het bepaalde in het tweede lid verkiezen voor een extra zittingsperiode. Voor een daartoe strekkend besluit is een meerderheid vereist van tenminste drie-vierde der uitgebrachte geldige stemmen.
7. Het bestuur neemt besluiten met volstrekte meerderheid van stemmen.
 
artikel 12
 
1. Het bestuur is belast met het besturen van de Loge. Het bereidt alles voor wat in de algemene vergadering wordt behandeld en het draagt zorg voor de uitvoering van haar besluiten.
Het handhaaft de nakoming zowel van deze statuten en het reglement als van de voorschriften en besluiten van de algemene vergadering, alsmede van de regels en gebruiken van de Orde.
2. Twee eden van het dagelijks bestuur zijn tezamen bevoegd de Loge in en buiten rechte te vertegenwoordigen.
3. Besluiten van het bestuur strekkende tot:
a. het sluiten van overeenkomsten tot het verwerven, vervreemden of bezwaren van registergoederen;
b. het sluiten van overeenkomsten waarbij de Loge zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt
c. het aangaan en/of verstrekken van geldleningen;
behoeven de machtiging van de algemene vergadering.
4. Het bestuur is niet bevoegd tot het aanvaarden van erfstellingen anders dan onder het voorrecht van boedelbeschrijving.
 
reglement
artikel 13
 
1. Het bestuur stelt een reglement op.
2. Het reglement mag niet in tegenspraak zijn met het bepaalde in deze statuten, noch met de statuten, de Grondwet en de wetten der Orde; het behoeft goedkeuring van de algemene vergadering van de Loge.
3. Het reglement treedt niet eerder in werking dan na verkregen goedkeuring der Orde.
 
geldmiddelen
artikel 14
 
1. De leden zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage bestaande uit de afdracht aan de Orde, welk bedrag wordt vastgesteld door die Orde, vermeerderd met het bedrag dat tot instandhouding van de Loge door de algemene vergadering van de loge jaarlijks zal worden vastgesteld.
2. Het dagelijks bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffingen van de verplichting tot betaling te verlenen.
 
boekjaar
artikel 15

Het verenigingsjaar, tevens boekjaar, loopt van 1 juli tot en met 30 juni van het daarop volgend jaar.
 
statutenwijziging
artikel 16
 
Besluiten tot wijziging van deze statuten kunnen slechts worden genomen in een tot dat doel bijeengeroepen algemene vergadering met mededeling welke wijziging of wijzigingen worden voorgesteld.
2. Om een rechtsgeldig besluit te kunnen nemen moet tenminste drie-vierde van het aantal eden der Loge tegenwoordig zijn; voor de aanneming van een voorstel is eveneens een meerderheid vereist van drie-vierde der uitgebrachte stemmen.
3. Is tijdens de vergadering niet twee-derde van het aantal leden der Loge aanwezig, dan wordt binnen vier weken daarna een tweede vergadering belegd, waarin over het voorstel, mits onveranderd, kan worden besloten, ongeacht het aantal aanwezige eden; voor aanneming is ook dan een meerderheid vereist van drie-vierde der uitgebrachte stemmen.
4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hierop de goedkeuring is ontvangen vanwege de Orde en van de wijziging een notariële akte is opgemaakt. Tot het doen verlijden van de akte ie ieder lid van het bestuur dat daartoe door het bestuur is gemachtigd, bevoegd.
 
ontbinding en vereffening
artikel 17
 
1. De Loge kan worden ontbonden op grond van een daartoe strekkend besluit van de algemene vergadering en volgens de regels als voor een besluit in voorgaand artikel 15 dezer statuten is bepaald, na overleg met de Orde.
2. De Loge zal worden ontbonden indien het aantal van haar eden is gedaald tot minder dan zeven.
3. Bij ontbinding geschiedt vereffening door het bestuur, tenzij bij het besluit tot ontbinding anders wordt bepaald. De vereffening zal plaatsvinden met inachtneming van de desbetreffende bepalingen, onder toezicht van de Orde.
4. Het batig saldo na vereffening wordt bestemd op de wijze, vastgesteld door de algemene vergadering en goedgekeurd door de Orde.
Bij gebreke van een zodanig besluit vervalt het batig saldo aan de Orde, welke in elk geval tegen betaling van de taxatiewaarde een voorkeursrecht behoudt tot overname van al hetgeen de maçonnieke aangelegenheden raakt.
5. De constitutiebrief en het archief zullen bij ontbinding worden overgedragen aan de Orde.
 
slotbepalingen
artikel 18
 
1. In alle gevallen waarin deze statuten of het reglement niet voorzien en in alle gevallen waarin verschil van mening over de uitleg van enig artikel van deze statuten of het reglement mocht bestaan, beslist het bestuur. 2. Deze statuten treden in werking op de datum van inschrijving in het verenigingsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Hilversum.